Steeds meer leidinggevenden voeren het gesprek over seksueel grensoverschrijdend gedrag met hun team. Dat is belangrijk. Juist in de zorgsector, waar fysiek contact essentieel is. Want de afgelopen jaren blijken veel mensen zich onveilig te voelen op het werk. Onder andere door seksueel grensoverschrijdend gedrag. In een veilige werkomgeving zijn alle werknemers gelijkwaardig en worden elkaars grenzen en wensen gerespecteerd. Door in het eigen team te bespreken wat (on)gewenste omgangsvormen zijn, kunt u seksueel grensoverschrijdend gedrag helpen doorbreken.
1. Zorg dat het gesprek onderdeel is van een gerichte strategie
Het is belangrijk dat het gesprek onderdeel is van een gerichte strategie om seksueel grensoverschrijdend gedrag te voorkomen en aan te pakken. In de handreiking ‘Cultuurverandering op de werkvloer‘, van Regeringscommissaris Mariëtte Hamer, leest u stapsgewijs hoe u deze strategie kunt opstellen.
2. Voer een open, veilig en interactief gesprek
Seksueel grensoverschrijdend gedrag heeft allerlei vormen. Soms is het duidelijk dat een grens wordt overschreden. Soms is dat lastiger te bepalen. Wanneer gaat een aanraking, opmerking of ander gedrag over de grens? Er zijn verschillende hulpmiddelen om het gesprek hierover te voeren. Eén daarvan is de KoersKaart ‘Met elkaar trekken we de grens’. Hiermee bespreekt u in 2 uur allerlei situaties die voor kunnen komen op het werk. Wat vinden jullie oké en wat niet? En waarom? Alle teamleden krijgen de ruimte om hun ervaringen, zorgen en ideeën te delen. Daarnaast maakt u concrete afspraken over hoe jullie met elkaar om willen gaan. Veilig en constructief.
3. Bepaal wie het teamgesprek leidt
Door als leidinggevende het gesprek te organiseren, laat u zien dat u zich verantwoordelijk voelt voor de sociale veiligheid van uw medewerkers. Dit betekent niet dat u zelf het gesprek moet leiden. U kunt hiervoor ook iemand anders aanwijzen. Het is belangrijk om rekening te houden met de invloed van machtsverhoudingen en eventuele afhankelijkheden, waardoor medewerkers mogelijk niet vrijuit durven spreken. Leidt u het gesprek niet of bent u er niet bij? Laat dan weten dat u het gesprek belangrijk vindt. En creëer ruimte voor uw medewerkers om erbij aanwezig te zijn.
4. Houd rekening met mogelijke weerstand
Het uitspreken van wat u wel en niet prettig vindt in de omgang is iets heel persoonlijks. Er kan daarom weerstand ontstaan in het teamgesprek.
Wat hierbij kan helpen:
- Focus op het gezamenlijke belang. Bijvoorbeeld hoe het de werksfeer verbetert en hoe het bijdraagt aan de missie van de organisatie.
- Voelen teamleden zich verplicht om mee te doen? Maak ruimte voor dit gevoel van weerstand. Bespreek dat het teamgesprek niet bedoeld is om hun vrijheid van mening of handelen te beperken. Benadruk wat het hen en het team kan opleveren: een veilige werkomgeving voor iedereen.
- Sommige mensen kunnen opzien tegen ‘het volgende veranderingstraject’. Maak het dan behapbaar. Bijvoorbeeld door aan te geven hoe lang het gesprek duurt en dat er geen voorbereiding nodig is.
- Soms zeggen mensen al snel dat seksueel grensoverschrijdend gedrag bij hen op het werk niet voorkomt. Neem deze weerstand weg door het te benoemen en voorbeelden te geven van situaties die wél herkenbaar zijn op het werk.
5. Maak afspraken
Aan het eind van het gesprek over (on)gewenste omgangsvormen maakt u concrete afspraken. Zet op papier welke afspraken jullie met elkaar maken en houd de voortgang in de gaten. Maak ook duidelijk wie waar verantwoordelijk voor is en maak dit zichtbaar voor de hele organisatie.
6. Geef aandacht aan nazorg
Het kan dat niet iedereen zich gehoord voelt in het teamgesprek. Het is belangrijk om hier als leidinggevende rekening mee te houden. Laat weten bij wie teamleden terecht kunnen na afloop van het gesprek. Bijvoorbeeld bij de vertrouwenspersoon binnen jullie organisatie. Laat diegene vooraf weten dat jullie het gesprek gaan voeren.